Stel je voor: je zwemt in het heldere water rond Bali en ineens zie je een zeeschildpad voorbij glijden. Dat is niet zo gek, want de zee rondom het eiland is echt een hotspot voor verschillende soorten zeeschildpadden.
Hier vind je koraalriffen, zeegrasvelden en mangroven. Die zorgen samen voor een veilige en voedzame plek voor zowel volwassen schildpadden als hun jongen. Bali ligt precies tussen de Indische Oceaan en de Bali Zee. Daardoor is het een soort kruispunt voor schildpadden die door Zuidoost-Azië trekken.
De stranden van Bali zijn belangrijk om eieren te leggen. Het kustwater zit vol voedsel, dus het eiland is onmisbaar voor deze bedreigde dieren. Schildpadden zijn trouwens niet alleen mooi om te zien, ze zijn ook belangrijk voor het zeeleven. Ze houden bijvoorbeeld zeegrasvelden gezond en zorgen voor balans in het voedselweb.
Bali hoort bij de Coral Triangle, het gebied met de meeste verschillende zeedieren ter wereld. Daardoor is het een toevluchtsoord voor schildpadden die reizen tussen Indonesië, Australië en de Filipijnen. Door het warme water, veel voedsel en relatief rustige stranden is Bali een van de weinige plekken waar meerdere soorten zeeschildpadden samen leven. Ze verspreiden voedingsstoffen in de zee en helpen zeegras groeien. Dat is weer goed voor andere zeedieren, zoals vissen en zeepaardjes.
Benieuwd welke schildpadden je hier kunt tegenkomen? Hieronder zie je een overzicht van de zes soorten die rond Bali leven, met hun belangrijkste kenmerken:
Soort | Lengte | Voedsel | Bijzonderheid |
---|---|---|---|
Groene | Tot 1,5 m | Zeegras, algen | Meest voorkomend |
Karetschildpad | Tot 1 m | Sponzen | Scherp schild |
Warana | Kleiner | Krabben, kwallen | Solitaire soort |
Lederschildpad | Tot 2,5 m | Kwallen | Grootste soort |
Soepschildpad | Tot 1,2 m | Schelpdieren | Brede kop |
Platrugschildpad | Tot 1 m | Weekdieren | Ondiepe kust |
In de zee rond Bali leven dus zes verschillende soorten zeeschildpadden. Elke soort heeft zijn eigen kenmerken en rol in het zeeleven. Sommige blijven hier het hele jaar, andere komen alleen langs tijdens hun trektocht.
De Groene zeeschildpad zie je het vaakst. Ze kunnen tot 1,5 meter lang worden, wegen tot 200 kilo en worden soms wel 80 jaar oud. Ze eten vooral zeegras en algen. De Karetschildpad herken je aan de scherpe, overlappende platen op hun schild. Ze eten vooral sponzen en zijn belangrijk voor gezonde koraalriffen.
De Warana is kleiner, leeft meestal alleen en eet krabben, weekdieren en kwallen. De Lederschildpad is de grootste soort met een leerachtig schild. Je ziet ze niet vaak bij Bali, maar soms komen ze langs tijdens hun trek. De Soepschildpad heeft een grote, brede kop en eet harde prooien zoals schelpdieren. De Platrugschildpad komt af en toe voor in de regio en leeft vooral in ondiepe kustwateren.
Zeeschildpadden zijn echte reizigers. Ze leggen enorme afstanden af tussen hun voedselplekken en broedstranden. Hun trek hangt af van het seizoen en wordt beïnvloed door temperatuur, stromingen en hoeveel voedsel er is.
Bali is voor veel soorten een tussenstop én een broedplek. De meeste schildpadden trekken rond Bali tussen maart en oktober, als het water lekker warm is en er veel te eten valt. Ze volgen warme zeestromingen zoals de Indonesische Throughflow, die voedingsstoffen meebrengt en het reizen makkelijker maakt.
Groene zeeschildpadden trekken bijvoorbeeld tussen de Australische kust en Bali, soms wel 2.600 kilometer. Vaak keren ze terug naar het strand waar ze geboren zijn om eieren te leggen. Dat heet natal homing. Ze vinden hun weg met het aardmagnetisch veld en chemische signalen in het water.
Tijdens het broedseizoen zie je ze vaak bij de stranden van Kuta, Serangan en de Nusa-eilanden. Buiten het broedseizoen verspreiden ze zich over de koraalriffen en zeegrasvelden rond het eiland.
Het klinkt idyllisch, maar het leven van een zeeschildpad op Bali is niet makkelijk. De drukte en bouwprojecten aan de kust zorgen ervoor dat er steeds minder plek is om eieren te leggen. Door klimaatverandering wordt het zand warmer, waardoor er minder jongen uitkomen en de balans tussen mannetjes en vrouwtjes verstoord raakt.
Omdat deze dieren langzaam groeien en weinig jongen krijgen, zijn ze extra kwetsbaar voor veranderingen. Op sommige plekken dreigen ze zelfs helemaal te verdwijnen.
In de wateren rond Bali komen er nog meer problemen bij. Plastic afval is een groot gevaar – schildpadden zien het aan voor voedsel, met vaak dodelijke gevolgen. Bij de helft van de dode schildpadden werd plastic in de maag gevonden. Ook raken veel dieren verstrikt in visnetten, wat jaarlijks honderden slachtoffers maakt.
Ondanks verboden worden eieren en vlees nog steeds verkocht op markten in Denpasar en omliggende dorpen. Schildpaddenschilden blijven populair als souvenir. De drukte van toeristen, felle verlichting en bebouwing aan de kust verstoren het nestgedrag. Hierdoor is het aantal nesten op bekende stranden als Kuta en Sanur flink gedaald.
Door het warmere klimaat komen er meer vrouwtjes uit de eieren, terwijl erosie en stijgende zeespiegels de broedstranden kleiner maken. In sommige dorpen worden de eieren nog steeds gebruikt bij religieuze ceremonies, ondanks het verbod. Alles bij elkaar zorgt dit ervoor dat het steeds slechter gaat met de zeeschildpadden op Bali.
Gelukkig gebeurt er ook veel om zeeschildpadden te beschermen. Waar deze dieren vroeger vooral werden gevangen en verkocht, werken nu lokale gemeenschappen, de overheid en internationale organisaties samen om ze te helpen.
Je vindt op Bali allerlei beschermingsprogramma’s, van kleine lokale initiatieven tot grotere professionele centra. Lokale vissers en dorpsbewoners beschermen nesten en laten jonge schildpadden vrij. Internationale organisaties zorgen voor kennis, geld en technische hulp. De overheid heeft beschermde gebieden aangewezen en strengere regels gemaakt tegen de handel in schildpadden en hun producten.
Hieronder zie je de belangrijkste opvangcentra voor zeeschildpadden op Bali en hun focus:
Centrum | Locatie | Focus |
---|---|---|
TCEC | Serangan | Opvang, educatie |
Bali Sea Turtle Society | Kuta | Nestbescherming |
Perancak Turtle Conservation | West-Bali | Lokale samenwerking |
Nusa Dua Turtle Island | Nusa Dua | Opvang gewonden |
Op verschillende plekken op het eiland zijn centra die zich inzetten voor zeeschildpadden. Ze vangen schildpadden op, verzorgen gewonde dieren en geven uitleg. Het Turtle Conservation and Education Center in Serangan heeft opvangbassins, broedmachines en ruimtes voor uitleg. Hier worden eieren uit bedreigde nesten verzameld, jonge schildpadden uitgebroed en gewonde dieren verzorgd. Je kunt er dagelijks een rondleiding krijgen en soms zelfs helpen bij het vrijlaten van jonge schildpadden.
De Bali Sea Turtle Society in Kuta beschermt nesten op het drukke strand. Vrijwilligers patrouilleren ’s nachts, verzamelen eieren en begeleiden het uitkomen en vrijlaten van jongen. Ook zijn er kleinere initiatieven zoals Perancak Turtle Conservation in West-Bali, die samenwerken met lokale vissers. Nusa Dua Turtle Island richt zich vooral op het opvangen en beter maken van gewonde schildpadden. Veel van deze centra doen samen met universiteiten onderzoek naar trek, erfelijkheid en gezondheid van schildpadden.
De beschermingscentra en lokale gemeenschappen zien duidelijk verbetering. Het aantal nesten op Kuta en Serangan is in tien jaar tijd verdrievoudigd, van ongeveer 200 naar meer dan 600 per jaar. Elk jaar worden tientallen gewonde schildpadden behandeld en teruggebracht naar zee.
Een mooi voorbeeld: “Putri”, een groene zeeschildpad, werd na haar herstel met een satellietzender gevolgd tot aan de Australische kust.
In vissersdorpen zoals Perancak zijn mensen overgestapt van jacht naar nestbescherming, mede dankzij uitleg en inkomsten uit ecotoerisme. Het vrijlaten van jonge schildpadden trekt elk jaar duizenden bezoekers. Dat zorgt voor extra inkomsten en meer bewustzijn over natuurbescherming. Uit onderzoek blijkt dat het percentage Balinezen dat schildpaddeneieren eet in vijftien jaar tijd is gedaald van 30% naar minder dan 5%. Dat laat zien dat de houding tegenover natuurbescherming op het eiland flink is veranderd.
Zeeschildpadden zoeken stranden uit met fijn zand, een temperatuur tussen 25 en 33 graden, weinig mensen en genoeg plek tot het water. Bali heeft veel van zulke plekken dankzij de lange zandstranden, het warme klimaat en rustige kusten. Door de ligging van het eiland zijn er verspreid over Bali en de Nusa-eilanden verschillende plekken waar zeeschildpadden hun eieren leggen.
Op verschillende stranden van Bali leggen zeeschildpadden hun eieren. Elk strand heeft iets waardoor bepaalde soorten er graag komen. Op Kuta Beach, met licht zand en een geleidelijke helling, zie je vooral de groene zeeschildpad. Tussen april en oktober zijn hier meer dan 300 nesten per jaar.
Sanur Beach trekt vooral karetschildpadden aan. Het zand is wat grover en de temperatuur blijft hier stabiel. Het broedseizoen loopt van mei tot september. Op Serangan Island, ook wel Turtle Island genoemd, zijn beschermde stukken strand waar groene en karetschildpadden hun eieren leggen. Deze brede stranden zijn goed beschermd tegen afkalving.
Perancak Beach in West-Bali is belangrijk voor de warana. Het donkere zand en de hogere luchtvochtigheid passen goed bij deze soort. Hier is het broedseizoen van juni tot augustus. Op de eilanden Nusa Lembongan en Nusa Penida zijn afgelegen stranden waar weinig mensen komen. Groene en karetschildpadden hebben hier meer kans om ongestoord hun nesten te maken, omdat deze plekken lastig bereikbaar zijn.