Stel je voor: je begint je wandeling in het dorp Senaru, helemaal aan de noordkant van het eiland. Je loopt eerst door het dorp zelf, waar je meteen de sfeer proeft, en daarna duik je het tropische regenwoud in. Al snel kom je langs twee indrukwekkende watervallen: Sendang Gile en Tiu Kelep. Die liggen direct aan het pad, dus je hoeft niet te zoeken.
Daarna wordt het serieuzer. Je komt bij het stuk dat ‘seven waterfalls’ heet. Hier wordt het pad smal en rotsachtig, en je merkt dat het flink omhoog gaat. Je klimt verder door bossen en open grasvelden. Af en toe heb je uitzicht op de Gili-eilanden en de Rinjani-krater. Dat zijn van die momenten waarop je even stil wilt staan.
De meeste wandelaars stoppen bij de Pos III shelter, op ongeveer 2.000 meter hoogte. Maar als je nog energie hebt, kun je doorlopen naar de Senaru Crater Rim, die op zo’n 2.641 meter ligt. De hele route is ongeveer 11,5 kilometer enkele reis, met een hoogteverschil van 2.000 meter. Onderweg zijn er drie belangrijke rustpunten: Pos I (4,5 km, 1.300m), Pos II (7,2 km, 1.800m) en Pos III (9,5 km, 2.000m). Het eerste stuk doe je in ongeveer een half uur, maar de laatste delen kunnen tot twee uur duren.
Hieronder zie je de belangrijkste rustpunten op een rij:
Rustpunt | Afstand (km) | Hoogte (m) |
---|---|---|
Pos I | 4,5 | 1.300 |
Pos II | 7,2 | 1.800 |
Pos III | 9,5 | 2.000 |
Crater Rim | 11,5 | 2.641 |
De Senarutrek is best een uitdaging. Niet zo zwaar als Mount Agung, maar wel pittiger dan de Mount Batur wandeling. Je hebt echt een goede conditie nodig, vooral sterke benen en uithoudingsvermogen. Het pad is op veel plekken steil, en als het regent, wordt het modderig en glad.
Hoogteziekte komt bijna niet voor tot aan de Crater Rim, maar je zult merken dat je spieren flink aan het werk zijn. De moeilijkheidsgraad is ongeveer 7 op 10. Het is slim om je goed voor te bereiden: begin vier weken van tevoren met stevige wandelingen en traplopen. Later kun je langere wandelingen maken met een rugzak, en wat krachttraining voor je benen helpt ook.
Let extra op als het regent tussen Tiu Kelep en Pos I, want daar zijn de paden het gladst. De klim bij de ‘seven waterfalls’ is echt steil. Boven de 1.800 meter is er weinig schaduw en op de Crater Rim kan het flink waaien en koud zijn.
Het weer op Mount Senaru wisselt flink. Van mei tot oktober is het droog, en vooral juni, juli en augustus zijn ideaal. Dan zijn de paden droog, het uitzicht is mooi en het regent bijna niet. In het regenseizoen (november-april) zijn de paden vaak modderig en glad, wat het wandelen zwaarder maakt.
Het is altijd vochtig, maar hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt. In het droge seizoen ligt de temperatuur overdag tussen 22 en 28°C op 600 meter hoogte, en tussen 10 en 18°C op 2.600 meter. Juni tot augustus zijn het koelst, met helder zicht en weinig muggen. In het regenseizoen is het rustiger, de natuur is groener en de watervallen zijn indrukwekkend, maar de paden zijn gladder en het zicht is minder goed. Het mooiste uitzicht heb je bij zonsopgang en zonsondergang, vooral tussen juni en augustus.
Hieronder zie je de temperaturen op verschillende hoogtes:
Hoogte (m) | Droog seizoen (°C) | Regen seizoen (°C) |
---|---|---|
600 | 22-28 | 24-30 |
2.600 | 10-18 | 12-20 |
Je spullen zijn belangrijk op deze tocht. Draag lichte, ademende kleding die snel droogt. Stevige, waterdichte wandelschoenen met goed profiel zijn echt een must, want het pad is vaak modderig en rotsachtig. Boven de 1.800 meter heb je bescherming tegen regen en kou nodig.
Een hoofdlamp is handig als je vroeg vertrekt of laat aankomt. Bescherm je elektronica en documenten in waterdichte zakjes. Kleed je in lagen: begin met een sneldrogend shirt, neem een fleece of lichte trui mee als extra laag, en draag een water- en winddicht jack als buitenlaag. Een afritsbare wandelbroek is handig als de temperatuur wisselt.
Andere dingen die je niet wilt vergeten: een hoofdlamp met extra batterijen, waterdichte opbergzakjes, een rugzak van 30-40 liter met heupband, en eventueel wandelstokken voor de steile stukken. Neem minimaal 2 liter water per persoon mee tussen Pos I en Pos III. Je kunt bij Pos I water bijvullen, maar in het droge seizoen is dat beperkt. Er zijn geen winkels onderweg, dus neem alles wat je nodig hebt vanaf het begin mee.
Voor de Senarutrek heb je een vergunning nodig, omdat je door beschermd natuurgebied loopt. Dit zorgt ervoor dat het niet te druk wordt en dat de natuur mooi blijft. Internationale bezoekers betalen ongeveer 150.000 IDR, lokale bezoekers tussen 10.000 en 20.000 IDR. Je haalt de vergunning bij het Rinjani Trek Center in Senaru (open van 7:00 tot 17:00), of soms online via de officiële website.
Er zijn duidelijke regels: neem je afval mee, kampeer alleen waar het mag, maak geen open vuur en respecteer de natuur en heilige plekken. In drukke periodes kan er een limiet zijn op het aantal wandelaars per dag. Bij slecht weer of onderhoud kan het park tijdelijk dicht zijn.
In Senaru kun je makkelijk een slaapplek vinden, wat je budget ook is. De Rinjani Lodge (€50-€90 per nacht) heeft een zwembad, restaurant en warm water, op 500 meter van het startpunt. Pondok Senaru Cottages (€25-€45) is een middenklasse optie met eigen badkamer, 300 meter van het startpunt.
Wil je goedkoper slapen? Dan kun je terecht bij Bale Kayu Homestay (€10-€20) of Tiu Kelep Homestay (€8-€15), allebei eenvoudig maar dichtbij. Senaru Guesthouse (€15-€30) biedt privé badkamers en uitzicht op de vallei. De meeste accommodaties zijn ingesteld op wandelaars en bieden handige extra’s zoals lunchpakketten, vroeg ontbijt en bagageopslag als je vroeg wilt vertrekken.
Wil je meer zien? Je kunt de Senarutrek goed combineren met andere wandelroutes. De route Senaru – Crater Rim – Sembalun duurt 3 tot 4 dagen en voegt 20 tot 25 kilometer toe aan je tocht. Voor deze langere routes heb je minstens twee extra dagen nodig en een aparte vergunning voor het Rinjani National Park (ongeveer 300.000 IDR).
Deze gecombineerde routes zijn zwaarder door meer hoogteverschil en langere dagafstanden. Je hebt extra spullen nodig zoals een tent, kookspullen en genoeg eten en drinken. Regel van tevoren vervoer van het eindpunt terug naar Senaru of een andere plek op Lombok.
Veel wandelaars delen handige tips over de Senarutrek. De klim bij de ‘seven waterfalls’ is behoorlijk steil, dus wandelstokken zijn daar fijn om te hebben. Na regen wordt het pad tussen Tiu Kelep en Pos I vaak glad, dus stevige schoenen zijn belangrijk.
Veel mensen raden aan om rustig de tijd te nemen bij de watervallen, vroeg te beginnen en regelmatig pauze te nemen, vooral boven de 1.800 meter. Soms komt er ineens mist op bij de Crater Rim, waardoor een gids handig kan zijn. Ondanks de uitdagingen blijft het uitzicht, zoals dat op de Gili-eilanden bij zonsopgang, voor veel wandelaars een bijzonder moment.
Tijdens de tocht naar Mount Senaru loop je door verschillende soorten natuur. Tot ongeveer 1.200 meter zit je in dicht tropisch regenwoud met bamboe, ficus en rotan. Daarna, tussen 1.200 en 2.000 meter, verandert het bos langzaam in een mix van casuarina’s en varens. Boven de 2.000 meter kom je in open graslanden waar je Javaanse edelweiss tegenkomt.
Er groeien veel bijzondere planten, zoals de zeldzame Rafflesia arnoldii die soms bloeit. Onderweg kun je apen zien, zoals langstaartmakaken bij de watervallen en zwarte apen hoger in de bergen. Vogelspotters kunnen uitkijken naar de groene pauw en de witbuikijsvogel. Met wat geluk zie je bij zonsopgang een Sunda-vliegende vos. De meeste dieren laten zich zien in de vroege ochtend of late middag. Blijf op de paden, voer geen dieren en neem je afval weer mee.
Je komt onderweg verschillende plekken tegen met mooi uitzicht. Op 3,5 kilometer (1.100 meter hoogte) zie je de Sendang Gile waterval en de vallei, vooral in de ochtend is dit mooi. Bij de shelter op 1.800 meter kijk je uit op de Gili-eilanden en de kust, meestal het helderst in de namiddag.
Op 2.000 meter heb je zicht op de Rinjani-krater en het Segara Anak meer, wat extra mooi is als het licht in de late middag zachter wordt. Vanaf het hoogste punt, de Senaru Crater Rim (2.641 meter), kijk je uit over Lombok, Bali en de Gili-eilanden. Hier is het uitzicht bij zonsopgang vaak helder, terwijl de lucht bij zonsondergang mooie kleuren krijgt. Voor foto’s is een statief handig bij weinig licht, en filters kunnen overdag het felle zonlicht wat verzachten.
Water is belangrijk tijdens je tocht op Mount Senaru. Er zijn een paar natuurlijke bronnen en watervallen onderweg, maar niet overal is water beschikbaar of schoon. Bij de Sendang Gile waterval (1,2 kilometer) en de Tiu Kelep waterval (2,3 kilometer) vind je helder water dat je na filteren kunt drinken.
Bij Pos I (4,5 kilometer) is een kleine bron, die in augustus en september kan opdrogen. De bron bij Pos II (7,2 kilometer) is er alleen in het natte seizoen en bij Pos III (9,5 kilometer) is geen betrouwbaar water te vinden. Filter of kook al het water voordat je het gebruikt. Zwemmen mag alleen bij de Tiu Kelep waterval. Neem minstens 2 liter water mee voor het stuk tussen Pos I en Pos III. Omdat er onderweg geen winkels zijn, is het belangrijk dat je genoeg water meeneemt als je vertrekt.
Voor de Sasak-bevolking is Mount Senaru een plek vol spirituele kracht. Ze zien de berg en de watervallen als heilig en gebruiken deze plekken voor verschillende ceremonies. Volgens lokale verhalen wonen er beschermgeesten en magische krachten in de bossen en het water.
In december komen veel mensen samen voor ‘Perang Topat’, een ritueel met rijstcakes. Bij volle maan brengen bewoners offers naar de Sendang Gile en Tiu Kelep watervallen. In hun verhalen speelt de beschermgeest Dewi Anjani een belangrijke rol, en de watervallen worden gezien als doorgangen naar de spirituele wereld. Heilige plekken zijn duidelijk aangegeven waar je je schoenen moet uitdoen.
Senaru is een van de oudste Sasak-dorpen, met traditionele huizen en tempels die nog dagelijks worden gebruikt. Als bezoeker is het belangrijk om de lokale gewoonten te respecteren: blijf rustig tijdens ceremonies, vraag toestemming voor foto’s en vermijd zwemmen bij heilige bronnen.
Een lokale gids maakt je bezoek aan Senaru niet alleen veiliger, maar ook leuker. Ze kennen het gebied goed, delen verhalen over natuur en cultuur, en zorgen dat je de weg niet kwijtraakt. In Senaru werken verschillende gidsen en organisaties, vaak met jarenlange ervaring en officiële papieren.
Bekende opties zijn de Rinjani Trekking Club (bel: +62 812-3456-7890, tarief: €25-€35 per dag), de Senaru Guide Association (bel: +62 813-9876-5432, tarief: €20-€30 per dag) en de Lombok Trekking Organizer (bel: +62 819-1234-5678, tarief: €30-€40 per dag). De meeste gidsen zijn opgeleid door het Rinjani National Park en weten wat te doen bij ongelukken.
Voor €20 tot €40 per dag krijg je begeleiding, interessante uitleg en soms lunch. Ze helpen ook met vergunningen en praktische zaken. Door een lokale gids te boeken steun je direct de gezinnen in het dorp, help je tradities in stand houden en draag je bij aan verantwoord toerisme.